Zwart-Witte Humor



René Windig (Heinz de Kat) presenteert tijdens het HAFF een avond met filmpjes van Felix the Cat. 'Ik heb een enorme hang naar oude dingen.'
Door Nick Boers

Een paar maanden terug sprak René Windig op een première met Gerben Schermer, directeur van het HAFF. 'Ik zei tegen hem: "Wat ik nou mis op die animatiefestivals, is gewoon een zwijgend zwart-wit tekenfilmpje en dan het liefst een retrospectief van iets." Dat leek me mooi. Ik ben een enorme fan van Felix de Kat. De hele oude filmpjes natuurlijk, zo van 1923 tot 1930, want later werd het wat meer vercommercialiseerd, ook met een tv-serie. Maar die oude filmpjes, dat zijn echte tekenfilms. "Nou," zei Gerben, "dat vind ik wel een goede tip en dan mag jij dat gaan organiseren." Dat viel me een beetje koud op mijn dak, maar als je A zegt moet je ook B zeggen.'

Wat trekt u aan in Felix de Kat?
'Ik heb gewoon een enorme hang naar oude dingen. Wat ik mooi vind aan die filmpjes, is dat het overduidelijk bewegende tekeningen zijn. De helderheid ervan. Hoe Felix de kijker betrekt bij wat hij aan het doen is. Hij kijkt constant in de camera en dan wijst hij naar zichzelf en dan wijst hij op wat hij gaat doen. Dat vind ik nog steeds meesterlijk. Ook sterk zijn de vele grafische grappen. Felix gebruikt alle attributen die hij tegenkomt. Een slang verandert hij in een fiets. Zijn staart wordt een vraagteken, een paraplu, een wandelstok of een krik. Hij is constant bezig om zijn omgeving te gebruiken om zijn doel te bereiken. Verder trekt het hele simpele me aan: dat het scenario niet en enorme spanning met zich meebrengt. Bij Felix gaat het meestal over dat hij niets te eten heeft, of nergens kan slapen. In de animatiefilms van tegenwoordig moet het gaan over dat de wereld vergaat en hoe dat komt, of dat het bos wordt vernield door iemand. Het milieu komt erbij. Noem maar op.'

U kijkt niet zo graag naar hedendaagse animatiefilms?
'Best wel, maar ik vind ze dikwijls zo gewild kunstzinnig en zwaarmoedig. Ik ben ook vaak diep onder de indruk hoor, maar dan denk ik: Jezus, daar heb je dan vijf jaar aan gewerkt en er wordt in de zaal niet één keer gelachen.;'
Moet dat dan?
'Ontroerend kan natuurlijk hè. Je had op een gegeven moment die prijswinnaar met zo'n meisje met een fiets dat aan haar vader moet denken [Father and Daughter (2000), van Michael Dudok de Wit, red.]. Ontzettend knap gedaan, heel poëtisch, prachtig hoor. Maar ik zit te wachten tot de hele zaal zit te bulderen van het lachen. Ik zeg niet dat animatie zo moet zijn, maar dat is hoe ik ertegen aankijk. Ik hou toch meer van het luchtige werk.'
