Het Parool - Archief

Media, vrijdag 29 december 2000

HANS HOEKSTRA Braveu, Heinz!

Windig: 'Daar hebben we nu alle tijd voor.'

OP DE nieuwjaarskaart van René Windig en Eddie de Jong, striptekenaars in ruste, staat Heinz voor een raam te kijken. Het sneeuwt. Binnen staat een kerstboom met daaronder pakjes voor de stripfiguren uit Het Parool: Cowboy Henk, Piet & Riet, Single en Sherman. Voor Heinz, die al sinds mei niet meer in deze krant staat, ligt er geen pakje onder de boom.

De tekenaars ontkennen niettemin dat Heinz spijt heeft van zijn afscheid. Ze omschrijven de gezichtsuitdrukking van de rode kater liever als misprijzend, met hooguit een tikkeltje afgunst. Maar dat heeft meer te maken met het feit dat het binnen lekker warm is dan dat Heinz nu zo graag weer in de krant wil staan.

Windig & De Jong zijn tevreden met hoe het nu is. De tijd brengen ze door met golfen en chagrijnen over 'de zogenaamde vooruitgang'. Tekenen doen ze ook nog. Altijd poppetjes. En af en toe een Heinz. Maar dan wel met een rare neus. De Jong dicht er soms nog bij. Zoals deze haikoe. De Jong: 'Loop ik de trap op/ Floept opeens het licht uit.

Windig: 'Ineens!'

De Jong: 'Ineens. Floept ineens het licht uit. Een bijna-dood ervaring.'

De Windig: 'En nou komt het.'

De Jong: 'Die avond sta ik in de kelder om een fietswiel te verwisselen, floept ineens het licht uit. Ik draai me om om het weer te herstellen, ga ik door mijn rug.'

De tekenaars in ruste zwijgen even bij zoveel toevalligheid.

De Jong: 'Ik teken en dicht het liefst 's morgens. Bij het ontbijt.'

Windig: 'Ik 's nachts. Als iedereen slaapt en de telefoon niet meer gaat en nergens meer een vogel zingt.'

De Jong: 'Jij bent eigenlijk ook een dichter.'

Windig: 'We hadden nog het idee om voor Het Parool een kerstverhaal te maken.'

De Jong: 'Een kerstverhaal vol treurigheid.'

Windig: 'Maar toen kwamen we tot de conclusie dat we eigenlijk zélf het kerstverhaal waren.'

De Jong: 'En waarom zou je het dan nog tekenen?'

Windig: 'En het kan altijd nog.'

De Jong: 'Juist. Volgend jaar is het weer kerst.'

Het atelier aan de Nieuwe Prinsengracht staat vol met verhuisdozen. De telefoon wordt op 2 januari afgesloten. Voor de tweede keer, maar de eerste keer was een foutje.

De Jong: 'We hadden zwart op wit dat het op 2 januari zou gebeuren, maar het gebeurde al half december.'

Windig: 'Terugdraaien kon niet meer, want de computer had het al geregistreerd, zeiden ze.'

De Jong: 'Daar heb je die zogenaamde vooruitgang weer.'

Windig: 'Ik belde met een meneer van KPN. En excuses, ho maar. We blèven maar ruziën en die man wilde het gesprek beëindigen.'

De Jong: 'René zei dat hij nog geen excuses van KPN had gehoord, terwijl ze ons wel met een kluitje in het riet hadden gestuurd.'

Windig: 'Het bleef even stil, maar toen zei die man op boze toon: Hierbij bied ik namens KPN excuses aan dat ik de heer Windig van het kluitje naar het riet heb gestuurd.'

De Jong: 'Nee, zei René: het is mét een kluitje ín het riet.'

Windig: 'In het riet, riep die man nog en gooide toen de hoorn op de haak.'

Nu de deadline is weggevallen, hebben Windig & De Jong eindelijk tijd voor dit soort zaken. Zo hebben ze alle vogelsoorten geteld die een bezoek brachten aan de binnenplaats bij het atelier.

Windig: 'Negen soorten en dat op zo'n klein plaatsje!'

De Jong: 'De merel, de houtduif...'

Windig: 'Geen stádsduif, hè.'

De Jong: '...de huismus, de spreeuw, twee soorten mezen...'

Windig: 'Koolmees en pimpelmees.'

De Jong: '...het roodborstje, de ekster, de heggenmus...'

Windig: 'Familie van de nachtegaal, wordt ook wel de bastaardnachtegaal genoemd.'

De Jong: 'Dan hebben we er negen...'

Windig: 'De dode papegaai die links begraven ligt niet meegerekend.'

De Jong: 'En die kraai? Die heb ik wel gehoord.'

Windig: 'Nee, dat telt niet. Hij moet écht op het binnenplaatsje zijn geweest.'

WE zullen nog wel wat van Heinz horen. Volgend jaar verschijnt het laatste album, deel 23. De titel is Braveu, Heinz!

Windig: 'Dat braveu moeten we even uitleggen.'

De Jong: 'Gehoord van een ex-trambestuurder uit Den Haag.'

Windig: 'Zijn tram stopte in de buurt van het blindeninstituut en als een van de blinden uitstapte, vroeg hij aan een passagier die ook uitstapte of hij de blinde even naar het instituut kon begeleiden.'

De Jong: 'Maar op een dag stapte er wel een blinde uit, maar geen andere passagier.'

Windig: 'En toen heeft die trambestuurder zijn tram op slot gedaan en heeft hij die blinde zelf naar het instituut begeleid.'

De Jong: 'Na een kwartier kwam hij terug en hij verwachtte dat de passagiers wel boos zouden zijn.'

Windig: 'Maar nee hoor. Een deftige man stond opeens op en begon in zijn handen te klappen en zei, met een aardappel in zijn keel: Braveu!'

De Jong: 'En toen begon de hele tram te applaudiseren.'

Windig: 'Daarom heet het laatste album Braveu, Heinz!'

De Jong: 'Want we vonden dat Heinz ook wel een applausje heeft verdiend.'

Windig: 'Alleen in het colofon komt te staan dat de oorspronkelijke titel is Niet ziet jij wat, zie zie, ik ik!'

De Jong: 'Dat doen we om de bibliothecaris in de war te brengen.'

Windig: 'Daar hebben we nu alle tijd voor.'

Copyright: Het Parool