Wasbenzine is nu jenever

Ooit begonnen op de Goochem-pagina van Het Parool, nu dagelijks te bewonderen in 23 Nederlandse kranten. De kat Heinz is de meest succesvolle creatie van het striptekenaarsduo René Windig en Eddie de Jong alias Gezellig en Leuk. Het Stripschap kende het tweetal de Stripschapprijs 1991 toe. "Zo'n oeuvre-prijs leek ons meer iets voor ouwe knarren. Maar misschien zijn we dat ook wel."

Peter van Brummelen

Een prijzenkast ontbreekt op de Gezellig en Leuk burelen. Maar misschien dat het er in de toekomst nog eens van gaat komen. Want, zo laten René Windig (39) en Eddie de Jong (40) niet zonder trots weten, de Stripschapprijs 1991 is niet hun eerste onderscheiding. Al in 1984 ontvingen ze voor hun album Fnirwak een Stripschappenning. Net gepaste eerbied pakt René Windig het kleinood uit een verder met een enorme verzameling naslagwerken, stripboeken en grammofoonplaten gevuld wandmeubel. "Dit is echt een heel bijzonder exemplaar. Kijk maar, de maker heeft er per ongeluk Strapschap ingekerfd in plaats van Stripschap".

Geheel zonder incidenten verliep de uitreiking van de penning destijds niet. Windig en De Jong hadden de prijs nog niet handen of ze verkochten hem rechtstreeks door aan een verzamelaar op de jaarlijks in Breda georganiseerde Strip-3-daagse. "Ach," zegt Eddie de Jong over het voorval, "We hadden geen geld voor de trein terug naar Amsterdam." Dat de penning nu toch weer terug is in handen van Gezellig en Leuk is de verdienste van Het Stripschap. "Zij hebben hem weer teruggekocht van die verzamelaar, ik geloof voor 350 gulden. Daarna kregen wij hem weer."

Dat het duo Gezellig en Leuk dit jaar wederom door Het Stripschap in de prijzen wordt gezet, verbaast ook Windig en De Jong zelf. "Maar niet om die reden. De hele zaak rond de Stripschappenning van 1984 is allang vergeven en vergeten. Aanvankelijk waren ze woedend, later konden ze er wel om lachen. Wat ons verbaasde was dat we een prijs krijgen voor ons gehele oeuvre. Natuurlijk, de spoeling is dun in Nederland, maar zo'n oeuvre-prijs leek ons toch meer iets voor ouwe knarren. Maar misschien zijn we dat ook wel."

Wenkbrauwen

We pakken het jury-rapport erbij. Gefronste wenkbrauwen bij het voorlezen. "Vanaf hun eerste publicaties in 1973 in het blad 'Gezellig en Leuk' hebben Windig en de Jong reeds de aandacht getrokken van stripminnend Nederland. Met de krantenstrips Dick Bosch, Rockin' Belly en Heinz verschaffen zij middels hun strakke en heldere tekenstijl menigeen een plezierige tijd. De melige, repeterende humor en de originele woordspelingen van René Windig en Eddie de Jong zijn altijd verrassend en zéér vernieuwend voor de Nederlandse strip."

De Jong: "Dat van die strakke en heldere tekenstijl is mooi om te horen, Maar wat daar gezegd wordt over ons gevoel voor humor klopt van geen kant. Repeterend? Heinz is juist a tijd op zoek naar iets nieuws. En van woordspelingen moeten we al helemaal niets hebben. We gebruiken ze wel, maar juist als een parodie. Om te laten zien hoe gemakkelijk en stomvervelend woordgrapjes zijn. Verder zouden we melig zijn. Ik weet het niet. Ik heb het woord opgezocht in Van Dale. Daar stond: niet fris, lusteloos. Ik zou niet weten wat er niet fris is is aan Heinz. Ja, we zijn wel eens lusteloos, maar dat proberen we juist te verbergen. Melig klinkt ook studentikoos." Melig is in ieder geval wel het etiket dat prijkt op de plastic fles waaruit Windig en De Jong sterke drank serveren. 'Wasbenzine' staat er in keurige drukletters op. Daaronder is met de hand geschreven "is nu jenever ". Wasbenzine is nu jenever. Windig en De Jong gieren het uit van de pret. De feestvreugde wordt verhoogd als even later een fan als dank voor een geleverde tekening een pretpakket bier komt brengen. Grolsch ("om de kater weg te werken"), Heineken ("voor de dorst") en een kratje Gulpener Dort ("en dat is dus echt lekker"),

Er wordt direct een aanval ondernomen op de drank. "Maf is dat toch," verzucht Windig tussen twee slokken door, "ik bedoel, die verhouding tussen striptekenaars en drank. Ik heb nog nooit een striptekenaar ontmoet die er vies van was. Ja, wij mogen ook graag een borrel drinken. Maar het werk gaat voor,'

"Vroeger, ten tijde van Dick Bosch, doken we nog wel eens de kroeg in als het niet wilde lukken. Dan zaten we helemaal vast en gingen we maar even wat drinken. Hadden we een paar uur later toch een paar goede grappen verzonnen. Dat doen we niet meer. Maar als je de vorige avond op stap bent geweest, dan wil zo'n kater nog wel eens heel creatief werken." Collega De Jong is het met hem eens: "Vooral op het moment dat je net je kater te boven komt. Dat is echt een heel triomfantelijk gevoel. Dan ben je heel scherp. Je vergeet alle bijzaken en werkt als een trein."

Windig en De Jong drinken hun bier uit originele Dolly Paston mugs. De bierglazen met daarop de beeltenis van de rondborstige countryzangeres werden aangeschaft tijdens een recente vakantie in de Verenigde Staten. In Nederland hadden ze verteld dat ze naar Amerika waren afgereisd om eens te peilen of er aldaar enige belangstelling was voor de strip Heinz, maar het werkelijke doel van de reis was Dollywood, Dolly Partons eigen pretpark. Sinds enige jaren zijn Windig en De Jong meer dan trouwe fans van de zangeres. Hun verzameling Dolly Parton-platen telt enkele honderden exemplaren en is ongetwijfeld de grootste van Nederland. Daarnaast beschikken de twee over een eveneens niet misselijke collectie Dolly-memorabilia.

De reis naar Dollywood was een soort bedevaart. De vakantiefoto's komen op tafel en vol vuur vertelt Windig over hun belevenissen. "Dollywood is fantastisch. Een kruising tussen het Zuiderzeemuseum en Bobbejaanland. Een pretpark kun je het eigenlijk niet noemen. Het is..." De Jong vult hem aan: "... Heel smaakvol. Absoluut niet op sensatie gericht. Je kunt er in een treintje rijden, maar een achtbaan is er niet. Het is een openluchtmuseum waarin getoond wordt hoe Tennessee er vroeger moet hebben uitgezien. En er zijn optredens. Kijk, deze foto. Dit is Dolly, en dat zijn wij. Bijna vooraan, op een van de eerste rijen! Nee, we hebben haar niet de hand geschud. Te veel security. We hebben het wel geprobeerd. We hadden zelfs een bosje tulpen voor haar meegenomen. Meegesmokkeld uit Nederland."

De Vijf Slijmerds

De liefde voor Dolly Parton ontstond toevallig. Collega-striptekenaar Paul Bodoni had ooit wat platen laten liggen in de vroegere Gezellig en Leuk studio in de Warmoesstraat. "Allemaal hele maffe platen," herinnert René Windig zich. "De zuiderzeeballade, Pat Boone, dat werk. En een plaat van Dolly Paston. Voor de lol hebben we die toen eens opgezet. Lachen, zo'n maffe country-trien. Al snel moesten we bekennen dat we het echt mooi vonden. Nu kunnen we niet meer zonder. Als we aan het werk zijn, staat er altijd een plaat van Dolly op. We hebben speciaal voor haar een CD-speler aangeschaft. Haar laatste album is namelijk alleen als CD verkrijgbaar."

De carrière van Windig en De Jong begon al op de middelbare school. Samen met enkele vrienden vormden ze op het Amsterdamse Barlaeus-gymnasium het striptekenaarscollectief 'De Vijf slijmerds'. Getekend werd er in groepsverband, legt De Jong uit: "Die verhalen begonnen meestal met een plaatje dat we jatten uit Dick Bos of Oom Wim. Iemand maakte daar een vervolgplaatje op en gaf dat door aan een ander, die daar dan weer op verrder op borduurde. Dat gebeurde gewoon tijdens de lesuren. Het probleem was dat we niet allemaal in dezelfde klas zaten. Maar dan legde je zo'n plaatje op de WC. Je gaf een flinke ram op de deur van een lokaal en daar moest dan ook opeens iemand heel nodig naar het toilet. Die verhalen liepen soms wel tien pagina's door."

Na de middelbare school werkten De Vijf Slijmerds korte tijd voor het blad Aloha. Snel daarna viel de groep uiteen. Alleen Windig en De Jong bleven tekenen. "We hebben nog geprobeerd op de kunstacademie te komen, maar daar moesten ze niets van ons hebben. Wij eigenlijk ook niet van hen. In die tijd moest je eerst een jaar modeltekenen om op de Rijksacademie te worden toegelaten. Dat was wel het laatste waar we zin in hadden. Via via hadden we gehoord dat ze bij het stripblad Pep mensen konden gebruiken. Wij daarnaar toe, maar de meneer met wie we een afspraak hadden, bleek niet aanwezig te zijn. De Donald Duck zat in hetzelfde gebouw, dus probeerden we het daar maar. Tot onze stomme verbazing werden we nog aangenomen ook." Van lange duur was het werk voor het blad Donald Duck niet. De Jong: 'Als je Donald tekent dien je je te houden aan hele strenge richtlijnen. Vanuit Amerika wordt er gedicteerd hoe Donald er uit moet zien en hoe hij zich moet gedragen. Wij kwamen net van de middeibare school en vonden het wel leuk om daar een beetje tegenin te gaan. Het was bijvoorbeeld verboden om Oom Donald van onderaf te tekenen. Waarom weet ik niet, maar de onderkant van zijn snavel was volstrekt taboe. Op een van onze eerste tekeningen kijk je dus recht tegen de onderkant van Oom Donalds snavel aan."

René Windig: "We waren grote fans van Donald Duck. Maar dan vooral uit de periode dat hij werd getekend door Carl Barks. In die stijl tekenden wij ook. We overdreven het zelfs nog een beetje. Dus een extra lange snavel, een extra lange nek. Dat viel allemaal wat verkeerd bij de redactie. Daarnaast kregen we scenario's waar we niet echt door werden geïnspireerd, dus de verhoudingen kwamen steeds gespannener te liggen. Er uit geschopt zijn we niet, maar ik geloof niet dat er iemand rouwig om was toen we stopten met Oom Donald."

Wat bij de Donald Duck niet mocht, mocht wel in Windig en De jong's eigen stripblad Gezellig en Leuk. Niet gehinderd door enige censuur lieten ze de anders zo brave eend avonturen beleven die in de officiële Donald Duck nooit mogelijk zouden zijn. Ook hun oude held Oom Wim moest er in het blad aan geloven, Het parodiëren van bestaande stripverhalen werd voortgezet in het blad Wordt vervolgd, waarin Windig en De Jong begin jaren tachtig op de proppen kwamen met een perfecte persiflage op Alfred Mazure's Dik Bos. Dick Bosch heette hij en zijn taalgebruik was nog archaïscher dan dat van zijn legendarische voorganger: "Mijn leevensweg is zoo te zien geplaveid met allerhande menschelijke kadaavers!"

Problemen met al die parodieën zegt Windig nooit te hebben ondervonden: "Het was duidelijk dat het een grap was. En het was blijkbaar ook duidelijk dat het ons niet om de poen te doen was. Maar Dick Bosch begon ons op een gegeven ogenblik wel flink te vervelen. Het werd tijd dat we weer eens zelf een stripfiguur gingen creëren."

Die nieuwe figuur werd Rockin' Belly, een gehanekamde punker die was gebaseerd op een bestaande Amsterdammer. Bijfiguur in die strip was de kat Heinz. De Jong: "Heinz liep toen nog op vier poten. Pas toen hij een eigen strip kreeg op de Goochempagina in Het Parool is hij op twee poten gaan lopen. Praten kon hij vanaf het begin. Van die lullige denkballonnetjes als bij Garfield moeten we niets hebben, Garfield vinden we sowieso een slappe figuur. Heinz is heel anders. Hij is vaak chagrijnig, maar hij heeft een hart van goud. In het begin was hij heel ondeugend, moordlustig zelfs. In de loop der jaren is hij steeds softer geworden. Dat heeft er vooral mee te maken dat Heinz tegenwoordig een echte krantenstrip is. Vroeger stond hij alleen op de jeugdpagina. Nu staat hij dagelijks in 23 kranten. Daar moet je rekening mee houden. Als je alleen voor jongeren tekent kun je redelijk ver gaan. Bij een zo groot mogelijk publiek moet je iets voorzichtiger zijn."

Zeeland en Limburg

Die voorzichtigheid is voor Windig en De Jong geen enkel probleem. "Er is niets zo makkelijk dan als tekenaar te shockeren," meent Windig. "Het wordt pas moeilijk als je dat wilt voorkomen. Wij willen tekenen voor een heel breed publiek. En dat bevalt ons uitstekend. We hebben helemaal geen behoefte om alleen voor een ontwikkeld publiek te werken. Heinz is een hele lieve, eigenlijk heel ouderwetse strip. Hier, moet je deze brief lezen. Van een oude dame uit Den Haag die ons feliciteert met het winnen van de Stripschapprijs. Zo'n bibberig handschrift, bosje bloemen erbij getekend. 'Heren, ik wens u beiden een prettige dag toe.' Dat is toch schitterend."

Heinz heeft zo goed als heel Nederland veroverd. De Jong meldt dat alleen de provincies Zeeland en Limburg nog steeds onontgonnen gebied zijn, verder zijn Heinz' avonturen tot in alle hoeken en gaten van het land dagelijks te volgen, "En we staan in Het Volk, een van de grootste kranten van Vlaanderen. Toen we daar gingen praten stelde de hoofdredacteur voor om Tom Poes er meteen uit te gooien. Dat hebben we hem nog net uit zijn hoofd kunnen praten en dus staat Heinz nu samen met Tom Poes op één pagina."

Verdere buitenlandse avonturen van Heinz zitten er voorlopig niet in. "We hebben het geprobeerd in Amerika. Bij een krant in Knoxville, een krant die dagelijks maar liefst 53 strips afdrukt. Ze vonden het leuk, maar echt snappen deden ze het geloof ik niet. Daar is Heinz waarschijnlijk net iets te Nederlands voor. Ze begrepen überhaupt niet dat we daar zelf aanklopten. In amerika werkt iedere striptekenaar via een syndicaat. Wij doen alles zelf. Als Heinz echt een internationaal succes zou worden, moet je ook dingen uit handen geven. Dat zouden wij nooit kunnen. Het idee alleen al dat iemand anders Heinz zou tekenen... Maar je kunt natuurlijk rustig blijven fantaseren. Zoals Dolly zegt: het belangrijkste in je leven zijn je dromen."

Werk van Gezellig en Leuk wordt uitgegeven door uitgeverij Het Raadsel.

Copyright: Het Parool